Lijst

Compilatiecorpus Historisch Nederlands 1.0 (CHN): ambtelijke teksten 1250-1800: leiden_1662_2

<begin>
</begin>
<main>
Heden den 9en Mei 1662 compareerde voor mij Frans van Singelshouck notaris publijck Pieter Minne Mahieu Hendrixsz ende Jacob Feyts alle warandeers van de calander binnen deser stede ende hebben sij ten versoucke van Sr Johan Harinck woonende tot Delft getuycht dat binnen deser stede in gebruyck is dat alle swarte saayen ende rassen die in de sijdeverve gelecht sijn ende binnen deser stede gecalandert werden bij ofte door hun getuygen eerst moete werde gevisiteert om 't welck te doen sij getuygen altijt de voors saayen ende rassen trecken over een stock genaamt de persche ende sulx 'tselve van het eene ent tot het ander scherp naarsiende niet alleen oft deselve wel geblaaut ende niet gevlackt maar oock oft het wel gespoelt ende gedroocht is ende oft in 't drogen ofte naer 't spoelen geen klitte ofte andere vulicheyt daaraan en is gecomen 't welck geschiet alleen tot coste van den verwer sonder dat den calandermeester yets daarvoor betaalt Ende wel gevonden sijnde dat alsdan deselve gecalandert werden ende gecalandert item geconroyt oft gesoden ende gedroocht sijnde ter halle werden gebracht alwaar de voors saayen ende rassen voor de laaste male gevisiteert werden In doen van welcke visiten wel gebeurt dat eenige stucken versteken werde ter oorsake dat d'selve niet wel geverut maar noyt omdat deselve niet wel gecalandert sijn dewijle de voors goederen de visitatie van de warandeers nochte oock van de gouverneurs van de halle ten opsichte van de calandermeester niet subject en sijn noch dienaangaande geene ordre noch ceur en is gemaakt als oock sij getuygen noyt gesien ofte gehoort hebben dat binnen deser stede oyt eenich stuck versteke wert ter oorsake dat hetselve niet wel ofte naar behooren gecalandert en soude sijn Wijders niet
</main>
<end>
</end>