Lijst

Compilatiecorpus Historisch Nederlands 1.0 (CHN): narratieve teksten 1575-2000: holland_1841_kneppelhout_1

<titel>
De Student-Leidenaar
</titel>

Meminisse juvabit
virgilius

O gulden vrijheid der Studentenwereld ik zal u nooit kennen Ik weet niet wat het is des winters in de sneeuw op klompen naar het Collegie te gaan op het damesuur met eene moffenpijp die van mond tot knie reikt over s Heeren straten te wandelen - zuchtte eens zeker kweekeling van Minerva in het eerste halfjaar zijner studiën
En hij had geen ongelijk Hij behoorde tot die beklagenswaardige amphibiën der Academische wereld die gedoemd zijn Student te wezen en te gelijk Leydenaar die te Leyden gewonnen geboren opgevoed woonachtig zijn in een groot huis met dubbelen ballast van ouders broeders zusters - ach - logeergasten - driemaal ach - en dienstboden
- O een koninkrijk voor één enkelen smerigen oppasser
Men heeft nooit de ellenden opgesomd van zulk een schepsel gekneld in dien hybridischen toestand tusschen de Societeit-Minerva en de Societeit-Amicitia Gij vraagt of er kenmerken zijn aan welke zijne kwaal is te herkennen Helaas ja en die kenmerken zijn even zoo vele ellenden
Des morgens vroeg begint de martyrisatie van den Student-Leydenaar Zijn vader een deftig man weet reeds ten acht uren of zijn zoon naar het collegie is gegaan en ontheiligt onmeêdoogend zijn slaapvertrek ten einde zeker te wezen dat het bed ledig is Zijn vader is bevriend met al de Professoren verneemt gedurig naar den ijver en de vorderingen van zijn zoon gaat in het geheim naauwkeurig en angstvallig zijne gangen na en wint berichten in betreffende zijne kennissen Zijne moeder eene stemmige matrone is onvergenoegd als hij niet met klokslag aan tafel verschijnt en kijkt zuur - carving knives - wanneer hij bij ongeluk de Societeit wat later dan behoorlijk heeft verlaten Het ouderlijk huis weegt hem zwaar Zijne makkers ziet hij eten en drinken of ook wel niet eten al naar het hun goeddunkt en collegie houden als het hun lust en hij hij moet getuige zijn van een gesprek waarin wreedelijk voorkomt - dat Bram of Piet niet bij Gajus geweest zijn omdat zij om twaalf uren nog in hun nest lagen en dat Klaas zoo aan de sjouw is en nooit dan met een stuk in te huis komt Woorden die helaas met veel meer andere van dien aard niet in zijn woordenboek gedrukt staan
In den Schouwburg zoekt gij hem te vergeefsch onder de vrolijke jongens van den bak die lustig en dartel bij elkander zijn en met de pet op één oor schertsen en schateren over voor- zoo wel als over nastuk Hef de oogen op Daar zitten in eene ledige en verlatene loge slechts hier en daar met eenige zilveren epauletten gegarneerd een paar jonge stijve meisjes een paar oude magere dames en de vette moeder der jonge stijve meisjes De jonge stijve meisjes zijn de zusters van den Student-Leydenaar de oude magere dames zijn de gelogeerde nichten van den Student-Leydenaar Achter dit vijftal verschuilt zich een wezen bleek van wrevel en baksehnsucht wien de verveling telkens den mond open spalkt en met wien de jongens van den bak om zijne verzuchtende figuur den gek scheren Het is Heb ik noodig het te zeggen Zijne moeder en zus-ters hadden lust om 'met de logeetjes naar de comedie te gaan' En Papa heeft nooit den tijd 'Daarenboven als men een zoon heeft ' Arme Student-Leydenaar
Des avonds na den arbeid voor hem geen feest geen smaakvol muzijkpartijtje geene grap hoe onschuldig ook verzonnen Ten tien uren moet hij op het avondeten present zijn en wee zoo hij zich wachten laat Voor geen studentenpret voor geen kroeglol zal men eene meid even min den knecht vergen een uur later naar bed te gaan De huissleutel Vreesselijke gedachte Kent gij de Beeren van de Ruïne dan niet Zij konden nader komen En als de ongelukkige onderworpen en vroegtijdig huiswaarts stapt moet hij een hartverscheurend - ik kan niet - dat zeggen wil - ik mag niet - stamelen als zijne juichende broeders hem naar de societeit willen troonen die van vreugdeliederen weergalmt en waar het geruisch der opgewonden muzijk hem uitnoodigend tegenklinkt Bij zeldzame en hooge gelegenheden blijft vader of moeder zelf op Men verbeelde zich hoen onbezorgd genot deze gedachte het slagtoffer moet schenken Maar is er een stijf souper eene teringzieke soiree die zich uit den dut huppelt op eene heesche piano ja dan O zoo het bedanken vrij stond Maar neen zijne familie gaat hij volge en ten behoeve der Leydenaars en hunne bacchanalia blijven meiden knechts honden katten blakers en lampen op tot het aanbreken van den dageraad Hij mag op dien grond zelden lid zijn van een dispuut-collegie
Hij noodigt u bij zich op thee wel te verstaan ten zeven uren want ten vijf verlaat men eerst bij hem de tafel wanneer een gewoon Student op zijne kamer zit en voortwerkt tot na tienen Gij komt Welk een vertrek De zuinigste Student is beter gehuisvest Eer gij boven zijt hijgt gij naar adem Het is op de tweede verdieping en ik zou willen wedden dat de meidenkamer niet ver af is het eenige wraakmiddel dat den vertwijfelenden overschiet om zijn vader het gevaarlijke van dergelijke verheven en afgelegen woningen voor altijd te doen heugen Zijne zusters enz enz hebben de betere vertrekken ingenomen en voor Studentenkamer bleef niets over dan dit hokje Het verdient opmerking dat in zoodanige gevallen de ruimste huizen altijd te klein zijn En toch is de ongelukkige grootmoedig genoeg om nooit van zijne kast te spreken misschien wel om tegen over de Medestudenten zijn rang van Leydenaar waarop hij toch niet kan nalaten in sommige gevallen trotsch te zijn te handhaven
Op al deze tegenheden en eigenzinnigheden der ouders wreekt hij zich door met een glimlach zijn vader zijn hospes en zijne moeder zijne hospita te noemen Een ui - de eenige - expresselyk voor den Student-Leydenaar vervaardigd
Wacht u voor eene wandeling met hem vooral des Zondags morgens Dan pronkt hij in zijn beste pak want de Student-Leydenaar houdt er een Zondagspak op na gewoonlijk effen zwart in den beginne van den studietijd als hij kort te voren lidmaat der kerk is geworden hetwelk hij ook zorgvuldig bewaart voor plegtige gelegenheden begrafenissen examina enz Daarna krijgt hij meestal een blaauwen rok met fluweelen kraag en vergulde knoopen eene zwarte broek die noch de buiging in de knie noch het beloop van het been aanduidt dat hij in twee kagchelpijpen vervormt een donker bruin vest met agrementjes er in gestikt blaauw of groen welk geheel op de ondubbelzinnigste wijze zijne bij-de-Mennistenkerk afkomst verraadt Voeg hierbij een zeer fijn geplooid overhemd met drie knoopjes er in voor zijn jaardag in de Maarsmansteeg gekocht een satijnen stropdas met boordjes en een heerlijk goud horologie met gouden ketting en cachetten dwars voor de maag als de ketting des nachts voor onze voordeur Gij zoudt hem waarachtig voor een koekenbakker of voor den kruidenier uit de steeg aanzien Verstout u nu met hem aldus uitgedoscht een Rapenburgje en Breêstraat om te gaan en zeg mij of uw hoed niet meer geleden heeft in dat half uur dan anders in een half jaar Ik vraag vergeving ik meende zijn hoed Want - het is onuitstaanbaar - de Student-Leydenaar kent alle menschen en daar hij geleerd heeft zeer beleefd te zijn groet hij alle menschen ook Hij is zeer vlijtig op professorale thees waar hij dan veel met Mevrouw praat nb wanneer Mevrouw praat en sukkelt verder geweldig aan dagelijksche digestie visites
In de kerk waar hij elken Zondag trouw achter zijne familie komt aanbengelen - als het blikken vischje dat ik in mijne kinderjaren aan het zijlsteenen haakje plagt voort te trekken in de spoelkom - zit hij - zijne ouders gaan altijd naar de Pieterskerk om het even wie er preekt - in de Studentenbank waar nooit een echt Student gaat zitten - de brave godsdienstige rari nantes en de Theologanten zitten meestal elders in de stoelen bv de andere blijven weg - en niemand den dominé kan verstaan Daar valt hij neer de verworpeling en luisterende naar het eentoonig gedreun van den voorlezer slaat hij bij de winter-avond-predicatiën wereldsche en begeerlijke blikken achter uit naar de luchtige schaar die vóór den aanvang van den dienst de kerk - ô profanation des choses les plus saintes - ombaant
De Student-Leydenaar verachteloost zijne kennissen en al wat den afhankelijken zoon vormt tot zelfstandig man Zijne omstandigheden laten niet toe dat hij eigenlijk gezegde vrienden hebbe Academische genoegens Academische vermakelijkheden Academische uitspanningen heeft hij niet Academische gewaarwordingen Academische geestigheden kent hij niet Hij is den kring vreemd waarin hij leven moest Hij is hem van geen nut hoegenaamd en alleen goed om dictaten uit te leenen daar hij tot het zuiverste ras behoort der collegie-hengsten
In zijne eigene wereld is hij slechtst te huis Hij weet al de nieuwtjes van de stad en spreekt van Jufvrouws - freule is hier nog niet algemeen - engagement en van Mijnheers bevordering Hij hinkt op twee gedachten en dient twee Heeren Leyden is zijn Mammon Sommige Studenten mogen beweren dat hij knap is geen zal van hem zeggen - hij is een ferme vent
Hij is een slecht Student Hij verzuimt de gewigtigste convocatie Hij mag alleen dáárom lid zijn van Sempre-Crescendo omdat hij er zijne vrouwelijke familie moet heenslepen bij gelegenheid van een invitatie-concert en verschijnt er anders zelden daar hij te veel bezoeken heeft af te leggen en zijn vader zegt dat het te veel tijd kost Raakt hij bij onverhoopt toeval met nachtwakers handgemeen dan laat hij zijne medgezellen lafhartig in den steek uit hoofde zoo als hij het den volgenden morgen uitbazuint tegen elk die hem over zijn gehouden gedrag aanvalt zijner bekendheid met den regter van instructie officier van justitie en andere aanzienlijken der stad die reeds op het voorbeeld van zijn vader wonderlijk over hem gesproken hebben bij gelegenheid van dien tweeden graad op zijn candidaats Daarenboven wat voor houding zou het hebben te worden opgebragt door een gewezen oppasser van zijn oom gehuwd met zijn moeders groenvrouw en op voorspraak van zijn eigen vader in het roodkragen-gild ingelijfd Doen hem ploerten aan dan roept hij - Leydenaar - hielden jongelui hem voor een Leydenaar dat gemakkelijk kon gebeuren hij zou - Student - schreeuwen
Hij is een Academisch androgyn Hij staat tusschen den achtbaren Raad en het Collegium Supremum en zijn vader vraagt niet wien van beide hij kiezen zal
Hetgeen jongelui verrichten is zonder gevolgtrekking en onder het patronymicum Student loopt alles door Maar de Student-Leydenaar is eene uitzondering op dien regel Hij heeft een Van een geduchten een verraderlijken Van die hem vervolgt die hem geschreven staat op het voorhoofd die hem als een scheldwoord wordt nageroepen en eens heeft hij op eene wandeling in de maneschijn - het zal nooit weer gebeuren - verscheidene malen moeten hooren Als of ik u niet kon Mijnheer van de Breêstraat bij het Gangetje of - van de Vischmarkt naast den Gaper - of waar de arme drommel woonen mag
Des zomers als de Studenten de stad Leyden aan haar lot overlaten de Professoren hunne landhuizen betrekken of een gunstig toeval kweekeling en leermeester doet kennis maken in den vreemde als de kroon van Leydens wapenbord is afgezet en de leeuwen er bij liggen te ronken - des zomer-avonds komt de Leydsche burger zonder missen op de nieuwe Wandeling of op den Singel vooral op dien tusschen de Witte- en Koepoorten een jongman tegen die geheel meester van zichzelven en verzonken in ernstige gedachten op denzelfden tred voor zich uit ziet Hij is meestal alleen somtijds begeleidt hij eenige leden van zijn huisgezin Het is hem duidelijk aan te zien dat hij met een geheimen tegenzin wandelt dat hij wandelt niet uit behoefte naar avondkoelte en zoeten bloemengeur Ik zal het u verklaren hij wandelt voor zijne gezondheid hij ademt Gods vrije lucht in zoo als een ander een drankje inzwelgt Het is de Student-Leydenaar voor wien de natuur niets anders is dan eene groote apotheek
Als gij hem dan vraagt of hij niet uit de stad meent te gaan antwoordt hij onverschillig - ja wij - wij di vader moeder en al hunne lastige gevolgen - denken voor een veertien-dagen naar Velp te gaan - Hij zegt voor Velp ook wel eens Kleef want de familie van den Student-Leydenaar veroorlooft zich ook enkele malen het Pruissische grondgebied Ook gaat hij met groot verlof jaarlijks bij een zijner kennissen logeren Maar dit verkrijgt hij nooit voor meer dan ééne week daar zijns vaders onwankelbare stelregel deze is - is de cursus om collegie te houden de vacantietijd behoort tot het bestuderen der examina te worden gebruikt - Van daar dat de reis naar Velp of Kleef en de week verlof niet meer dan korte uitspanningen mogen heeten en hij u altijd antwoordt als gij hem een of ander reisplan voorslaat - jongen neen ik moet aan mijn examen
Op grond nu van dit alles raad ik alle ouders aan die hunne kinderen verstandig liefhebben hen in den volsten zin des woords Studenten te leeren wezen Studenten met geheel hun hart en geheel hunne ziel Dan zullen deze hunne kostbare jeugd niet vergallen door naijver wrevel en verdriet maar haar genieten met al het vuur al de uitspannende hartstogt van de lente hunner jaren die gelukkige jaren de eenige welligt die het leven hun zal aanbieden volop smaken dierbare vrienden maken die hun een steun in tegenspoed zullen strekken een balsem in smart en eindelijk vrijer zich ontwikkelen naar mate zij zich in hunne frissche jeugd vrijer bewogen hebben
<titel>
II De jurist-literator
</titel>

Fata ducunt volentem trahunt nolentem

Het is niet zeldzaam bij denzelfden persoon aanleg voor twee en meer vakken van wetenschap of kunst waar te nemen en dus ook niet vreemd dat een Student in twee vakken te gelijk studeert Niet alle vakken evenwel laten zich even gemakkelijk vereenigen - zoo ziet men weinig Medici die tevens Theologanten zijn - en zelden kunnen de ware grondbeginsels van twee takken van wetenschap hetzelfde jeugdige gemoed zoodanig innemen dat het beiden evenveel liefde evenveel zorg en belangstelling toedraagt De Letteren zijn natuurlijk als de ingang tot elk Academisch vak van onderwijs met de andere faculteiten ligtst te verbinden en worden daarom niet slechts door de eigenlijke Literatoren maar ook door anderen beoefend en onder deze anderen staan voorzeker de Juristen op den eersten rang
Er zijn twee soorten van Jurist-Literator de eigenlijke Jurist-Literator en de Literator-Jurist Maar deze groote verdeeling is niet voldoende en men is verpligt als de schrijvers over natuurlijke historie naauwkeuriger afscheiding der in dit één genus verzamelde species te maken en van elk derzelve eene zuivere diagnostiek op te geven
Zoo bestaan er vooreerst Jurist-Literatoren die door hun ouden heer met deze aanspraak naar Leyden worden verzonden
- Vriendlief - Papa noemt zijn zoon anders Piet maar wanneer eene zaak ernstig zal voorgedragen worden wordt Piet Vriendlief
- Vriendlief gij hebt mij op de Latijnsche school al een zeker sommetje gekost en ik heb God dank van den Rector vernomen dat het niet in het water gegooid is ge kent tamelijk je Latijn en je Grieksch en het zou jammer zijn wanneer ge het nergens anders toe gebruikte dan om een propaedeutisch - of voorbereidend als Papa niet gestudeerd heeft - examen te doen Hoor eens ge zoudt mij - de kinderliefde wordt opgewekt mij di ik bezweer u Piet bij het geld hetwelk ik van den Rector vernomen heb dat niet in het water gegooid is - veel pleizier doen als ge de studie der oude talen verder voortzette en behalve in de Regten ook in de Letteren studeerde Ik heb er met mijn geleerden vriend *** - eene rilling gaat den zoon door de leden die geleerde vriend schrijft op den titel zijner werken onder zijn naam phil theor mag lit hum doctor et professor ordin in academia leidensi een dubbel snijdend zwaard in vaders kastijdende vuist - reeds over gesproken een doorkundig man wien ik u speciaal gerecommandeerd heb Gij moet dus eer ik het vergeet niet verzuimen dadelijk eene visite bij hem te maken als ge te Leyden komt En deze heeft mij gezegd dat eene vereeniging dezer twee vakken wel meer geschiedde en de jongelui niet beter konden doen - Dat verstaat zich Professor literarum - Onderhoudt dus niet alleen de Letteren maar laat Letteren en Regten gelijken tred gaan enz enz - Hier volgt eene lange reeks opvoedkundige wenken en zedelijke sermoenen